Artikel
15 januari 2021

Nieuwe kleinschalige PV-installaties (<10kW) in het Vlaams gewest vallen vanaf 1 januari 2021 onder een systeem waarbij de rentabiliteit gesteund is op een eenmalige investeringssteun en op actieve deelname van de prosumenten in de marktwerking. Met de nieuwe aanpak evolueert de plaatsing van eigen kleine productie-installaties naar een volwassen systeem beter in lijn met de energietransitie.

Eenmalig investeringssteun
Wie nieuwe zonnepanelen plaatst op zijn woning, appartement of appartementsgebouw heeft, mits voldaan wordt aan een aantal voorwaarden, recht op een éénmalige premie bij de installatie van de zonnepanelen. De premie moet uiterlijk 3 maand na de installatie van de PV-panelen aangevraagd worden. Meer info over wie recht heeft op de premie is terug te vinden op de website van de Vlaamse overheid. De premie zelf wordt aangevraagd via de website van Fluvius.

Tip: bekijk de voorwaarden vóór de premie voor u zonnepanelen installeert!

Actieve deelname van de prosumenten in de marktwerking
Eenmaal de nieuwe zonnepanelen zijn geplaatst en de productie is gestart heeft u er, als klant, voordeel bij om uw verbruik zo veel mogelijk af te stemmen op de eigen productie.
De stroom die u gebruikt wordt geleverd door uw elektriciteitsleverancier. Met uw zonnepanelen zal u op een aantal momenten ook zelf stroom op het net plaatsen. Voor nieuw geplaatste zonnepanelen vanaf 2021 kunt u een contract afsluiten met uw energieleverancier of een andere leverancier om de te veel geproduceerde stroom terug aan hen te verkopen.

Een overzicht van de beschikbare contracten kan u vinden via de V-test van de VREG of op de website van uw energieleverancier.

Marc Van den Bosch, general manager FEBEG: “Met deze omvorming zullen klanten een nog belangrijkere rol spelen in de energietransitie. Voor nieuw geplaatste PV-panelen zullen zij hun stroom kunnen verkopen aan hun leverancier. In navolging van het arrest van het Grondwettelijke Hof zullen ook alle klanten met een bestaande PV-installatie en digitale meter, hun geïnjecteerde elektriciteit kunnen aan hun leverancier verkopen”.

 

Verduidelijking van de koopprijs per kWh in ‘terugkoopvergoeding’ contracten

Sommige prosumenten (particulieren die zonnepanelen bezitten) hebben op de sociale netwerken hun bezorgdheid geuit over de volgens hen te lage prijzen die de leveranciers bieden voor de aankoop van elektriciteit die opnieuw in het net wordt geïnjecteerd. Bij deze redenering wordt vergelijking gemaakt tussen de all-in verkoopprijzen van de leveranciers met de inkoopprijzen die door dezelfde leverancier worden aangeboden. Dit is als het vergelijken van appels en peren en is daarom geenszins een goede basis voor reflectie.
 
Een paar verklaringen:

  1. De 'all-in' prijs die leveranciers in rekening moeten brengt omvat heel wat andere componenten dan de prijs van het zuivere aandeel elektriciteit in de factuur. Naast deze laatste omvat de factuur de transmissie- en distributiekosten, de belastingen en heffingen, de openbaredienstverplichtingen en de BTW. Volgens de CREG bedroeg dit zuivere energieaandeel (eenheidsprijs x verbruik + vaste vergoeding) in de gemiddelde elektriciteitsfactuur nauwelijks 17% van de totale factuur in Vlaanderen (tarieven 01/2021).
  2. De energieleverancier is in zijn rol als evenwichtsverantwoordelijk verantwoordelijk voor het evenwicht van zijn klantenportefeuille. Dit wil zeggen dat aankoop van overtollige lokale productie en verkoop op elk moment in evenwicht moeten zijn. Dit betekent dat de door de klant geïnjecteerde energie onmiddellijk moet worden gebruikt. In dit verband moet worden opgemerkt dat het waarschijnlijke tijdstip van de injectie van niet-zelf verbruikte energie vaak overeenkomt met een groot aanbod van groene energieproductie op de ‘intraday’ markt (d.w.z. tegen relatief lage prijzen). Ter informatie: de gemiddelde prijs op de ‘day-ahead’ markt bedroeg € 39,4/MWh in 2019 (d.w.z. 3,94 €cent /kWh). Het gemiddelde van de laatste vijf jaar op deze specifieke markt is €41,5 €/MWh (d.w.z. 4,15 €cent/kWh).
  3. De aankoop van niet-zelf verbruikte elektriciteit van prosumenten door leveranciers brengt administratieve en transactiekosten met zich mee voor de leveranciers.
  4. Deze nieuwe terugkoopvergoeding activiteit is geïntegreerd in de competitieve werking van de markt voor de verkoop van elektriciteit. Dit betekent dat deze nieuwe component onderhevig is aan concurrentie tussen de verschillende leveranciers die op de markt actief zijn (deze tarieven worden gepubliceerd op de vergelijkingssite van de VREG). Hoewel de aan- en verkoop van elektriciteit in de meeste gevallen bij dezelfde leverancier zal plaatsvinden, is dit geen verplichting. De prosumer kan voor de aankoop (afname) en verkoop (injectie) van zijn elektriciteit aparte leveranciers kiezen.

Op basis van deze elementen is het duidelijk dat de aangeboden prijzen marktconform zijn.