De beslissing van de regering om het volume van de capaciteit voor de T-4 (2026) CRM-veiling te beperken tot 6.417 MW (1) lijkt ons nogal gewaagd. De bepaling van dit volume is gebaseerd op drie politieke hypothesen, waarvan enkel de tijd zal uitwijzen of ze correct zijn:
- De operationele beschikbaarheid van de twee Belgische kernreactoren (Tihange 3 & Doel 4) voor de winter van 2026-2027 zal moeten worden bevestigd. Op dit ogenblik is er in dit opzicht nog niets zeker.
- De mate van beschikbaarheid van het Franse nucleaire park dat zwaar doorweegt in de belgische importmogelijkheden voor elektriciteit mag niet achteruitgaan. Bij de berekening van het T-4-volume (2026) is rekening gehouden met één niet-geplande onbeschikbaarheid van twee Franse reactoren, naast de reactoren die gepland stilliggen. Momenteel zijn 7 Franse kernreactoren ongepland onbeschikbaar.
- De mogelijkheid om ongeveer 2.600 MW te veilen in T-1 (2026). Dit betreft twee soorten capaciteiten:
- 1.249 MW capaciteit dat minder dan 200u/jaar beschikbaar is, voornamelijk opslag en vraagbeheer;
- 1.428 MW aan invoercapaciteit dat effectief beschikbaar moet zijn
FEBEG vindt nog altijd dat dit potentiële T-1 veilingvolume overschat wordt.
Marc Van den Bosch, general manager FEBEG : "De keuze van de regering om de veilingcapaciteit van de T-4-veiling, is gebaseerd op de samenloop van een aantal positieve veronderstellingen, wat ons nogal optimistisch lijkt. FEBEG vindt nog steeds dat 3 tot 3,5 GW regelbare capaciteit nodig is om de bevoorradingszekerheid veilig te stellen, wat overeenkomt met minstens 3 nieuwe gascentrales in 2025, zelfs in geval van verlenging van 2 nucleaire eenheden. Een verkeerd ingeschatte bevoorradingszekerheid kan duurder uitvallen dan de eventuele winst die op basis van ambitieuze prognoses is geboekt."
(1) Het volume van de capaciteit dat zal worden gecontracteerd, kan lager liggen naargelang van de prijs van de offertes, overeenkomstig het Koninklijk Besluit m.b.t. "de methodologie".