Een must richting een koolstofarme economie

Om zijn klimaatdoelstellingen te bereiken moet België en zijn regio’s een groene mobiliteit promoten, gebaseerd op een toename van het gebruik van gas en elektriciteit in de transportsector. Via haar werkgroep groene mobiliteit heeft FEBEG interactie met alle betrokken partijen teneinde het marktaandeel van de alternatieve mobiliteitsoplossingen uit te breiden.

Koolstofarme economie via een groenere vervoerssector

FEBEG en zijn leden nemen hun verantwoordelijkheid voor de transitie naar een Belgische koolstofarme economie dankzij een steeds groter aandeel in een koolstofarme productie van nationale elektriciteit (hernomen in "EU-ETS").  Om de doelstellingen te verwezenlijken, moeten de andere sectoren, waaronder de bouwsector en transportsector, hun ‘koolstof voetafdruk’ drastisch verminderen. Deze sectoren zijn onderdeel van de zogenaamde 'geen EU-ETS' sectoren (gebouwen, vervoer, landbouw, afval). Vanaf begin 2027 zullen deze sectoren ook een carbon tax moeten betalen.

De uitdagingen zijn belangrijk (*): de transportsector alleen al is verantwoordelijk voor :

  • 23,4 % van de CO2 uitstoot in België en 96% va die specifiel uitstoot is aan wegtransport gerelateerd.
  • Het is ook één van de enige sectoren waarvan CO2-uitstoot gestegen is sinds 1990 (+ 15,6% tussen 1990 en 2022)
  • Met 7,6 Mtoe (miljoen ton olie-equivalent), neemt het transport 23,4 % van het finale energieverbruik in België voor zijn rekening
  • Aardolieproducten vormen 87,6% van de bevoorrading in de vervoerssector

(*) Cijfers 2022. NB: de uistoot in nog niet terug op pijl van de pre-Covid periode. Bron: klimaat.be en Statbel.

Afbeelding
Green engine start button

Drijvende wetgeving voor groenere mobiliteit

Zowel op Europees als op Belgisch niveau is cruciale wetgeving de drijvende kracht achter de overgang naar meer koolstofvrije mobiliteit.
FEBEG roept de federale-en regionale overheid op om ervoor te zorgen dat de Europese regelgeving correct wordt toegepast en dat eventuele herzieningen snel worden omgezet in Belgisch recht.

Belangrijke regelgeving op Europees niveau
 

AFIR
 

De Alternative Fuels Infrastructure Regulation (AFIR) is een wetgeving van de Europese Unie die gericht is op het uitrollen van oplaad- en tankinfrastructuren voor alternatieve brandstoffen, waaronder elektrische voertuigen, in de hele EU. 

Het belangrijkste doel is om de overgang naar duurzame mobiliteit te ondersteunen en de uitstoot van broeikasgassen in de transportsector te verminderen.
 

Gevolgen voor de infrastructuur van oplaadpunten:
 

  1. Verplichte invoering: De AFIR verplicht de lidstaten o.a. om laadinfrastructuur voor elektrische voertuigen (EV's) te installeren in belangrijke gebieden, waaronder trans-Europese vervoersnetwerken (TEN-T) en stedelijke gebieden. Dit zal zorgen voor een uitgebreide en uniforme dekking.
     
  2. Bindende capaciteitsdoelstellingen: Deze bindenden doelstellingen moeten ervoor zorgen dat de oplaadinfrastructuur voldoende ontwikkeld is om de groei van het aantal elektrische voertuigen te ondersteunen, rekening houdend met de specifieke behoeften van BEV's en PHEV's.
     
    1. Voor batterij-elektrische voertuigen (BEV's): Tegen 2025 moeten de lidstaten een geïnstalleerde oplaadcapaciteit van 1,3 kW per geregistreerde BEV bereiken.
       
    2. Voor Plug-in Hybride Voertuigen (PHEV): Tegen 2025 moeten de lidstaten een geïnstalleerde oplaadcapaciteit van 0,66 kW per geregistreerd PHEV-voertuig bereiken.
       
  3. Dichtheidsdoelen: De verordening stelt specifieke doelen voor de dichtheid van oplaadpunten. Zo moeten er bijvoorbeeld oplaadpunten worden geïnstalleerd op regelmatige afstanden langs hoofdwegen, zodat EV-reizen over lange afstanden gemakkelijker worden.
     
  4. Technische normen: AFIR stelt technische normen op voor laadinfrastructuren, om de interoperabiliteit en compatibiliteit van laadpunten in de hele EU te garanderen. Dit omvat minimumvereisten voor het vermogen van snellaadstations.
     
  5. Snellaadinfrastructuur: De verordening moedigt de installatie van snelle en ultrasnelle oplaadpunten aan, waardoor de oplaadtijd wordt verkort en het gebruik van EV's comfortabeler wordt voor gebruikers.
     
  6. Toegankelijkheid en informatie: De verordening bepaalt dat oplaadinfrastructuren toegankelijk moeten zijn voor het publiek en dat gebruikers realtime informatie moeten krijgen over de beschikbaarheid en prijzen van oplaadpunten. Dit verbetert de gebruikerservaring en de transparantie.
     
  7. Financiële steun en stimulansen: De AFIR voorziet in financiële steunmechanismen en stimulansen voor investeringen in oplaadinfrastructuur. Dit omvat subsidies en financiering om de uitrolkosten te helpen dekken.
     

AFIR heeft als doel een dicht en toegankelijk netwerk van oplaadpunten voor elektrische voertuigen in de hele EU te creëren, infrastructuren te standaardiseren en de invoering ervan financieel te ondersteunen om de overgang naar duurzame mobiliteit te vergemakkelijken.

EPBD
 

De Richtlijn Energieprestatie Gebouwen (EPBD) is een EU-richtlijn die tot doel heeft de energie-efficiëntie van gebouwen in de hele EU te verbeteren.

De belangrijkste doelstellingen zijn het verminderen van het energieverbruik in gebouwen, het terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen en het bevorderen van energie-efficiëntiemaatregelen.
 

Implicaties voor de infrastructuur van oplaadpunten :
 

  1. Verplichte installatie: De EPBD vereist de installatie van oplaadpunten voor elektrische voertuigen (EV's) in nieuwe gebouwen en tijdens ingrijpende renovaties van bestaande gebouwen. Dit geldt voor zowel residentiële als niet-residentiële gebouwen.
     
  2. Vereisten voor voorbekabeling: Gebouwen moeten voorzien zijn van de nodige voorbekabeling voor de toekomstige installatie van EV-laadpunten. Dit maakt het gemakkelijker en voordeliger om extra oplaadpunten te installeren als de vraag toeneemt.
     
  3. Renovatie Triggers: Voor bestaande gebouwen die ingrijpende renovaties ondergaan, vereist de EPBD de opname van EV-laadinfrastructuur, zodat oudere gebouwen worden aangepast om EV's te ondersteunen.
     
  4. Niet-residentiële gebouwen: Grote niet-residentiële gebouwen met meer dan 20 parkeerplaatsen moeten een minimum aantal oplaadpunten installeren. Dit helpt ervoor te zorgen dat werkplekken en openbare gebouwen uitgerust zijn om EV-gebruikers te ondersteunen.
     
  5. Slim opladen: De EPBD moedigt de integratie van slimme oplaadsystemen aan om het energieverbruik te optimaliseren en de stabiliteit van het elektriciteitsnet te ondersteunen. Slim opladen kan de timing en snelheid van het opladen van EV's beheren, de piekvraag verminderen en de energie-efficiëntie verbeteren.
     
  6. Ondersteuning van de groei van de infrastructuur: Door de installatie van oplaadpunten in nieuwe en gerenoveerde gebouwen verplicht te stellen, ondersteunt de EPBD de groei van een robuuste en toegankelijke oplaadinfrastructuur, die essentieel is voor de wijdverspreide invoering van elektrische voertuigen.
     

Deze Europese wetgeving is onlangs herzien. De nieuwe versie van de EPBD moet tegen mei 2026 omgezet zijn in nationale wetgeving (in de praktijk in het regionale wetgeving in België). Artikel 14 van de herziene richtlijn beschrijft de verplichtingen op het gebied van oplaadpunten, bekabeling en voorbekabeling.
 

EU-ETS II
 

Het emissiehandelssysteem van de Europese Unie (EU-ETS) is geëvolueerd om specifieke maatregelen voor o.a. de transportsector te omvatten, als onderdeel van de algemene inspanningen om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. 

Dit zijn de belangrijkste besluiten en hervormingen die relevant zijn voor de transportsector:
 

1. Uitbreiding van het EU-ETS-systeem (ETS II): Tegen 2027 wordt het EU-ETS uitgebreid tot emissies van de sector wegvervoer en gebouwen (bekend als ETS II). Dit betekent dat emissies van personenauto's, vrachtwagens en gebouwen onder een systeem van emissierechten zullen vallen. Bedrijven die in deze sectoren actief zijn, zullen emissierechten moeten kopen om hun CO2-uitstoot te dekken, wat een stimulans is om de uitstoot te verminderen.
 

2. Toewijzing van emissierechten : In het begin zullen de rechten geleidelijk worden toegewezen om een plotselinge economische schok te voorkomen. De bestreken sectoren zullen gratis rechten krijgen voor een eerste periode, waarna veilingen zullen worden gebruikt om de resterende rechten te bepalen. Een geleidelijke vermindering van het aantal rechten, waardoor de prijs van koolstof zal stijgen en emissiereducties zullen worden aangemoedigd.
 

3. Stabilisatiemechanisme of "marktstabilisatiereserve" (MSR): Er wordt een mechanisme ingesteld om overtollige emissierechten te absorberen en het aanbod aan te passen aan marktschommelingen, waardoor de koolstofprijs wordt gestabiliseerd en er effectieve stimulansen voor emissiereducties blijven bestaan.
 

4. Reductiedoelstellingen: De emissiereductiedoelstellingen zijn afgestemd op de klimaatverbintenissen van de EU, met als doel de uitstoot van broeikasgassen tegen 2030 met 55% te verminderen ten opzichte van 1990, en tegen 2050 koolstofneutraal te zijn.
 

5. Compensatie- en steunmaatregelen : Er worden maatregelen overwogen om huishoudens met een laag inkomen en kleine bedrijven te helpen zich aan te passen aan de extra kosten die gepaard gaan met emissierechten, om de sociale en economische gevolgen van de overgang te verzachten.
 

De opname van de transportsector in de EU-ETS is een cruciale stap in de verwezenlijking van de klimaatdoelstellingen van de EU, door financiële stimulansen te creëren om deCO2-uitstoot in deze cruciale sector te verminderen.
 

Voordelen EV voor individueel vervoer

Het aanbod van betaalbare elektrische voertuigen in de meest voorkomende segmenten zal snel groeien. De openbare en particuliere oplaadpalen zullen volgen.

Het elektrificeren van het transport heeft de volgende onmiddellijke voordelen :

  • Vermindering van de BKG-uitstoot: een gemiddeld elektrisch voertuig is vandaag slechts verantwoordelijk voor 50 g CO2/km, hetzij de helft van de Europese doelstelling van 95 g CO2/km die tegen 2021 verwacht wordt voor verbrandingsmotoren 
  • Luchtkwaliteit: geen uitstoot aan de uitlaat, dus drastische vermindering van het fijnstof, NOx- en SOx-concentratie en de ozonpieken
  • Energie-efficiëntie: de energieconversie van een elektrische motor is driemaal performanter dan die van een verbrandingsmotor => Het eindverbruik van energie zal dus sterk dalen
  • Beheersing van de werkingskosten voor de gebruiker =>de brandstofkosten per afgelegde kilometer zijn beduidend lager voor elektrische ‘brandstof’ => Ook veel minder onderhoud nodig dan een diesel- of benzinemotor => De gebruiker kan flexibiliteitsdiensten aan het net bieden en zijn voertuig opladen met de zonne-energie die hij zelf opwekt
  • Betere integratie van hernieuwbare energiebronnen: de toename van intermitterende hernieuwbare energiebronnen vereist veel meer flexibiliteit
  • Betere integratie van hernieuwbare energiebronnen => Elektrische voertuigen die op een snelle en intelligente wijze kunnen worden opgeladen bieden een aantrekkelijke oplossing inzake vraagbeheer en vormen een enorm potentieel voor de decentrale opslag van energie
Afbeelding
Oplaadpaal Melle Mei

Gas voor een propere lange afstand mobiliteit

Aardgas is de properste koolwaterstof, ze vertegenwoordigt een aanzienlijk voordeel voor het milieu door gemakkelijk de conventionele olie-gebaseerde brandstoffen voor transporttoepassingen te vervangen. Aardgas stoot minder CO2 uit dan alle andere koolwaterstoffen en is beduidend minder vervuilend (zeer lage uitstoot van fijne deeltjes SO2 en NOx).

Synthetische gas en biogas zijn in volle ontwikkeling. Ze kunnen worden geproduceerd uit afval, biomassa, overtollige elektriciteit en andere bronnen van natuurlijke en hernieuwbare energie. Bij het mengen van aardgas, synthetische gas en biogas, kan de reeds gunstige CO2-voetafdruk van aardgas voertuigen aanzienlijk worden verbeterd.

CNG en LNG zijn ideale brandstoffen op het gebied van lange afstand, individueel vervoer, zwaar transport en scheepvaart.

Afbeelding
Tanken
Afbeelding
Mobilité propre: gas vs diesel dans le transport

Interessante links

Het Europese observatorium van alternatieve brandstoffen

De EAFO onderhoudt een aantal statistieken over elektrische voertuigen, waterstof en gas

EAFO - European Alternative Fuels Observatory

Belgische vereniging van aardgas voertuigen

Gas.be

Europese vereniging van aardgas voertuigen

Eurogas

EU-ETS 2 : koolstoftaxatie van o.a. fuels voor transport

ETS2: buildings, road transport and additional sectors - European Commission (europa.eu)

Duurzame mobiliteit in Vlaanderen - MOW

Duurzame mobiliteit | Vlaanderen.be

Elektrificatie transport & mobiliteit in Brussel

Homepagina | Electrify.brussels

Klimaat.be

De Belgische federale site voor betrouwbare informatie over klimaatverandering